Beck, een muzikant met een fantastisch oeuvre en die gerust mag worden bestemd als muzikale alleskunner, bracht afgelopen vrijdag zijn nieuwe plaat genaamd Hyperspace uit. Hyperspace is de veertiende plaat van de beste man en het is een echt pop-album. Is dat een goed teken? Ja en nee. De plaat is dansbaar, maar weet tegelijkertijd geen echte hoogtepunten te bereiken. Ergens zou je toch meer verwachten van een muzikaal genie als Beck wie Hyperspace ook nog eens samen met een groot popartiest- en producer Pharell Williams produceerde.
Het album begint met een weinigzeggende opener, maar loopt over in het dansbare maar toch donkere ‘Uneventful Days’. Daarna horen we direct een typisch gitaarslagje van Beck in Saw Lightning. Het recept blijft een dansbare beat met een donkere ondertoon.
Van dansbaar gaan we naar een tikkie dromerig in Die waiting: “I don’t care what I have to do, know that I’m gonna wait on you”.
In een plaat die nog weinig echt de lucht in schiet wordt een dieptepunt bereikt met Chemical. Simpelweg omdat de autotune en ook de afwerking van deze track niet prettig klinkt. Als dat nog niet genoeg is, doet Beck dat op ‘See Through’ nog eens dunnetjes over.
In de titeltrack beschrijft Beck het overkoepelende thema van dit album. Dit lijkt het wegdromen naar een eigen werkelijkheid te zijn. “This could all be a simulation” wordt er gerapt op Hyperspace. Dit wegdromen kun je als luisteraar dan eindelijk meevoelen op ‘Stratosphere’. Deze track is ingetogener dan de rest en is voorzien van prettige gitaarpartijen. Op ‘Dark Places’ wordt dit gevoel nog even voortgezet.
Het tempo wordt weer iets teruggepakt met de gelikte poptrack ‘Star’ om vervolgens te plaat af te sluiten met ‘Everlasting Nothing’. Eigenlijk twee nummers die buiten de rest van de plaat vallen, want de afsluiter is een soort folkpop nummer die het verleidelijk maakt om luidkeels mee te zingen. Nog een keer stipt Beck zijn zogenaamde Hyperspace aan: “ Still I try to get back home
In the everlasting nothing”.