Eindelijk de tijd gevonden om het “Lacuna” album van Trixie Whitley eens onder de loep te nemen. Deze Belgisch/Amerikaanse zangeres wist mij al te overtuigen met de tracks ‘Heartbeat’ en ‘Touch.’ Om deze derde langspeler vorm te geven is een samenwerking aangegaan met producer Little Shalimar (Run the Jewels).
Haar muziek verkent zoals altijd de grenzen van verschillende genres. Op dit nieuwe album neemt de soul als fundament en mixt dit met een flinke dosis elektronica. Het resultaat is een interessant album met zeer indrukwekkende vocalen van Trixie.
Na een mysterieuze en spannende intro komen de klanken van ‘Heartbeat’ ons tegemoet. Nog steeds een lekker industriële track met een soul-achtige ondertoon. Elektronische geluiden en wat minimale percussie laten ‘Long Time Coming’ beginnen. Deze track, die als derde single is uitgebracht, gaat over de spanning tussen twee personen en de gevolgen daarvan. Deze spanningen zijn ook hoorbaar op dit liedje, dit dankzij de ruige bas, toffe synths en de prachtige vocalen van Trixie. Weer zijn hier aangename industrieel klanken aanwezig.
Het tempo wordt op ‘May Cannan’ lekker opgevoerd dankzij de drums, gitaar, synths en de vocalen. Inspiratie heeft Trixie gehaald uit het leven en de poëzie van de Britse Mary Cannan, een vrijwillige verpleegster ten tijde van de Eerste Wereldoorlog. Zonder twijfel een van de hoogtepunten van dit derde album.
Van een lekkere eighties saxofoon is Trixie ook niet vies, zoals te horen is op ‘Dandy.’ Een liedje met een duidelijke politieke boodschap: “master manipulator” en “the fascist, idealist”, een verwijzing richting de huidige president. Met ‘Time’ neemt ze ons mee terug naar de sfeer die op haar vorige album “Porta Bohemica” te vinden is.
‘Touch’ weet te overtuigen dankzij de trage beat, de industriële klanken en de geweldige vocalen. Niet gek dat dit als tweede single werd uitgebracht. Het nummer staat echt als een huis. Dat elektronica en gitaren goed samengaan is duidelijk hoorbaar op ‘Bleak.’
Van heel andere orde is het prachtig innemende ‘Fishing for Stars’, ze pakt hier een akoestische gitaar bij de hand en neemt om mee naar haar singer-songwriter sound. De combinatie van haar vocalen en de tokkelende akoestische gitaar is simpelweg zalig om naar te luisteren.
Het duistere ‘Dare to Imagine’ klinkt betoverend mooi, haar vocalen zijn over het algemeen zacht en zorgen bij mij voor kippenvel. ‘The Hotter I Burn’ heeft weer een fijne industriële sound die dit album in stijl weet af te sluiten.